Mm, 28-aug-2015
Spaarbelasting verandert
De door veel spaarders bekritiseerde vermogensrendementsheffing wordt aangepast. De vrijstelling wordt verhoogd voor kleinere spaarders en het fictieve rendement wordt gekoppeld aan de spaarrente van de afgelopen jaren. De aanpassing wordt betaald door de rijkere spaarders die worden afgerekend op mogelijke beleggingswinsten.
Al eerder kondigde Minister Dijsselbloem aan dat komende Prinsjesdag een alternatief voor de huidige vermogensrendementsheffing wordt bekend gemaakt. De belasting op vermogens wordt rechtvaardiger voor gewone spaarders. In 2014 heeft de commissie Van Dijkhuizen voorgesteld het forfaitair rendement te koppelen aan de gemiddelde spaarrente.
Hogere vrijstelling
Uit de al voor Prinsjesdag uitgelekte plannen voor de wijziging van de heffing over het vermogen blijkt dat de vrijstelling van 21.330 euro per persoon (2015) wordt verhoogd naar 25.000 euro. Voor partners wordt de gezamenlijke vrijstelling dus 50.000 euro.
Fictief rendement
Momenteel wordt gerekend met een fictief rendement van 4% waarover 30% belasting wordt geheven. Dit fictieve rendement wordt gewijzigd naar een rendement afhankelijk van het totale vermogen in Box 3.
Omdat de huidige rendementsfictie niet is gekoppeld aan de (momenteel erg lage) spaarrente wordt dit als onrechtvaardig ervaren. Voor de kleinere spaarders met een vermogen tot 125.000 euro wordt daarom jaarlijks een rendement vastgesteld op basis van de spaarrente in de afgelopen vijf jaar. Voor 2017 is dit 2,9%. Dat komt dus neer op een belastingheffing van 0,87% over het vermogen boven de 25.000 euro per persoon.
Hogere heffing voor rijkere spaarders
Voor hogere vermogens wordt geredeneerd dat deze door te beleggen een hoger rendement kunnen realiseren. Voor vermogens vanaf 125.000 euro geldt daarom een rendementsfictie van 4,7%. Dit komt neer op een heffing van 1,41% over het vermogen boven de 125.000 euro per persoon. Dat is 0,21 procentpunt hoger dan de huidige heffing van effectief 1,2%.
Voor miljonairs is het fictieve rendement nog hoger, nl. 5,5%. Dit komt neer op een heffing van 1,65% over het vermogen boven de 1.025.000 euro per persoon.
Voor 3 miljoen van de huidige 3,3 miljoen betalers van vermogensrendementsheffing valt de wijziging voordelig uit. Vermogens boven ongeveer 300.000 euro gaan er op achteruit. Zo'n 300.000 personen moeten hierdoor meer belasting gaan betalen in box 3. De kosten van de verhoogde vrijstelling worden geraamd op 1 miljard euro. Dit bedrag wordt (naar verwachting) gedekt door de hogere heffing op de hogere vermogens.
Ontwijken spaarbelasting
In de wandelgangen wordt gesuggereerd dat deze aanpassing voor rijke spaarders het oprichten van een zgn. "spaar-BV" interessanter maakt. In een BV wordt belasting geheven over het daadwerkelijk behaalde rendement. De praktijk moet uitwijzen in hoeverre de rijkere spaarders en beleggers zullen proberen de voor hun hogere spaarbelasting te ontwijken.
Bekendmaking op Prinsjesdag
Let op: deze tarieven en bedragen zijn gebaseerd op uitgelekte stukken en nog niet definitief. In de media laat de regering zich tot Prinsjesdag niet uit over deze plannen.
Zie ook:
- Vermogensbelasting kan beter
Door de lage spaarrente staat de huidige forfaitaire heffing op vermogen onder druk. Komende Prinsjesdag komt Minister Dijsselbloem van Financiën met een alternatief voor de huidige vermogensrendementsheffing. De belasting op vermogens wordt rechtvaardiger voor gewone spaarders.
- Dossier: Spaargeld en belasting
Niet lang nadat de bewuste spaarder een beetje op weg is met zijn spaargeld komt de fiscus langs. Bezit men meer dan een zeker bedrag, dan moet er belasting worden afgedragen. Wat er bij komt kijken en wat er tegen te doen valt leest u in dit dossier.
© 2005-2024 Spaarbaak. Niets uit deze uitgave mag worden gepubliceerd of vermenigvuldigd zonder uitdrukkelijke toestemming van de auteur. Alhoewel deze uitgave met de grootst mogelijke zorg is samengesteld, kunnen aan deze uitgave geen rechten worden ontleend.
Meer nieuws: